Een Verklaring Omtrent het Gedrag is een verklaring waaruit blijkt dat iemand geen strafbare feiten op zijn of haar naam heeft staan. Het gaat hierbij om strafbare feiten die relevant zijn voor het doel waarvoor de VOG is aangevraagd.
Vaak wordt een VOG aangevraagd omdat een nieuwe werkgever dit verplicht stelt. Met een VOG beperken werkgevers het risico dat ze iemand aannemen die niet betrouwbaar is in het werk dat die persoon gaat doen. Het gaat hierbij over het algemeen om functies waarin de werknemer macht heeft. Denk bijvoorbeeld aan werk met vertrouwelijke gegevens, kwetsbare personen of kinderen of financiële middelen. Voor sommige functies is een VOG zelfs wettelijk verplicht, bijvoorbeeld voor leraren, gastouders of medewerkers van een kinderopvang. Kinderen zijn een kwetsbare doelgroep en worden met een verplichte VOG extra beschermd.
Ook vrijwilligers of mensen die een visum nodig hebben moeten vaak een Verklaring Omtrent het Gedrag aanvragen.
Je kunt een VOG op meerdere manieren aanvragen. Vaak loopt dit via de gemeente, maar het kan ook online. Na de aanvraag wordt het justitioneel verleden van de aanvrager uitvoerig gescreend. Dit gebeurt door Justus, de screeningsautoriteit van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Gemiddeld ontvang je je VOG dan binnen anderhalve week na de aanvraag, maar het kan ook een stuk langer duren.
Zodra de VOG is aangevraagd, onderzoekt screeningsautoriteit Justis of de aanvrager in het verleden strafbare feiten heeft gepleegd. Er wordt dus gekeken of de aanvrager een strafblad heeft. Als dit niet het geval is, wordt de VOG zonder problemen afgegeven.
Als er uit de screening blijkt dat iemand wel strafbare feiten op zijn naam heeft staan, dan kijkt Justis eerst naar de aard van de vergrijpen. Het kan namelijk zijn dat de strafbare feiten niet relevant zijn voor de toekomstige werkzaamheden. Voor een leraar of gastouder zijn andere strafbare feiten relevant dan voor bijvoorbeeld een accountant. Bij het beoordelen van een vergrijp houdt Justus altijd rekening met het risico voor de samenleving.
Of de strafbare feiten een belemmering zullen vormen voor bijvoorbeeld de nieuwe werkzaamheden van een aanvrager, wordt beoordeeld aan de hand van screeningsprofielen. Dit zijn categorieën waarbinnen bepaalde werkzaamheden of beroepsgroepen vallen.
Er bestaan twee soorten screeningsprofielen: een algemeen screeningsprofiel en een specifiek screeningsprofiel. Bij het algemene screeningsprofiel wordt er gekeken naar werkgebieden zoals werk met goederen, geld of informatie. Bij het specifieke screeningsprofiel wordt er gekeken naar specifieke beroepsgroepen, zoals onderwijzer of taxichauffeur.
Het algemene screeningsprofiel is onderverdeeld in acht werkgebieden. Justus kijkt vervolgens in welk werkgebied de toekomstige werkzaamheden van de aanvrager vallen en of het gepleegde strafbare feit hiervoor relevant is. Een aanvrager die gaat werken met geld, mag in het verleden bijvoorbeeld geen fraude hebben gepleegd. Iemand die met personen gaat werken, mag geen strafblad hebben vanwege geweldpleging. De acht risicogebieden zijn:
Zijn er strafbare feiten gepleegd en hebben deze feiten betrekking op de toekomstige werkzaamheden, dan wordt er gekeken naar de terugkijktermijn. Dit is een vastgestelde periode van, op uitzonderingen na, vier jaar. Is die periode voorbij, dan wordt het vergrijp niet meer meegenomen bij de VOG-beoordeling. Is de terugkijktermijn nog niet verstreken, dan wordt de VOG-aanvraag afgewezen.
Een VOG-screening is een momentopname. Mensen kunnen zich na de afgifte van een VOG alsnog schuldig maken aan een strafbaar feit. Mensen die werken in een kinderopvang of peuterspeelzaal, gastouders en mensen die inwonen bij een gastouder worden daarom continu gescreend. Dat houdt in dat er dagelijks wordt gekeken of een medewerker geen nieuwe strafbare feiten pleegt. Gebeurt dit wel, dan wordt er door Justis een signaal afgegeven naar de werkgever en moet er voor de medewerker een nieuwe VOG worden aangevraagd. Wordt de VOG afgewezen, dan mag de medewerker niet langer in de kinderopvang werken.